Als Eddy Wally kunst is met een grote K…

(geschreven in 2007)
De VRT moet serieus blijven. Dat Eddy Wally 75 wordt mogen ze gerust in het nieuws vermelden. Dat hij bij die gelegenheid in het Sportpaleis optreedt, is een gegeven voor de happening-agenda. Maar een hele dag Eddy Wally vieren of het kunst met een grote K is, is niet meer normaal.
Toen Jan van Rompaey destijds Eddy Wally als rariteit opvoerde was dat met de nodige verwondering en ironie. Vele jaren later zal Jan op subtiele wijze de mythe van Wally in Amerika ontmantelen. Hij liet met de camera Wally en Marrietje in al hun zieligheid zien. Zonder commentaar. Twee oudjes alleen op hun hotelkamer, onbeholpen aan het zwembad, door niemand aangesproken, de taal niet machtig. Hij had op dat moment geruisloos uit de media moeten verdwijnen. Maar minder getalenteerde reportagemakers bleven de minus habens opvoeren, die zich bij gebrek aan inhoud en vernieuwing dan maar steeds exentrieker gaat kleden.
Wat de man veertig jaar geleden zong en zei: – chérie/vliegmachien/marktkramer/ gewèèldig/ fantastisch/amaai zeg- zingt en zegt hij nu nog steeds. “Ik ben in de Verenigde Staten of America geweest, en ook in Sina”. Na twee zinnen knipt hij met de vingers en zingt twee lijnen lied. Altijd weer hetzelfde.
Destijds vroegen de studentenclubs hem als attractie. Om te lachen, zoals met Liberace in Amerika. Ze noemden het Camp, maar ondertussen zorgden zij ervoor dat hij ook buiten zijn café “Paris-Las Vegas” bekend werd.
De discussie bleef: is hij gewoon gek of gewiekst gek? Dertig jaar geleden liet hij, wanneer de studenten de tomaten bovenhaalden, het concert stilleggen en het licht uitdoen. Tegenwoordig staat in zijn contract dat bij optreden voor studenten er minimum 10 personen ingehuurd moeten worden als security.
Kamagurka gaf hem een rolletje in zijn tv-show “Lava”. Waarschijnlijk ook om te lachen, maar voor Eddy was het een nieuwe springplank. De gewestelijke omroep liet hem een radio-programma presenteren, “onvergetelijk”. Het zal ook niet ernstig bedoeld zijn geweest, maar Wally’s verbeelding had op dat moment al elke gelijkenis met de realiteit verlaten. Telkens wanneer ze bij de VRT zonder inspiratie zaten werd Eddy Wally te kijk gezet. Dat een normaal gesprek met deze man uitgesloten is, dat hij moeite heeft om de eenvoudigste namen uit te spreken, doet er blijkbaar niet toe. Niet een keer zal men de vraag stellen of mensen als Eddy Wally niet tegen zichzelf beschermd moeten worden.
Niettemin gun ik hem elke frank die hij er mee verdiend heeft. Een openbare omroep zou wel eens vaker aan zelfcensuur mogen doen, want Eddy Wally als kunst met grote K voorstellen is beschamend. Je moet niet eens zelf met kunst bezig zijn om je hierdoor beledigd te voelen.
Laat hem als veelkleurige papegaai ambiance brengen op braderijen, markt- en feesttenten, tot in alle achteraf zaaltjes van Vlaanderen toe. Laat hem ook een enkele keer alle fans verzamelen in het Sportpaleis, daar werden vroeger al eerder gelijkgezinden samengebracht, voor het Vlaamse nationaal Zangfeest, om maar iets te noemen.
In een tijd waarin juryleden in allerhande Idool-wedstrijden artiesten in ’t diepst van hun gedachten levenslange trauma’s bezorgen, heeft Eddy ongestoord een eigen publiek kunnen bereiken.
Voor alles zijn er in Vlaanderen mensen te vinden. Om naar de Pfaffs te kijken, zelfs om cd’s van Helmut Lotti te kopen, waarom dan niet om Eddy Wally “geweldig” te vinden. Maar nu hij driekwarteeuw oud is geworden mag het stilaan welletjes zijn. Straks hangt de onvermijdelijke Leterme nog zijn wagonnetje aan de populariteit van Eddy Kwally. Het zou me niet verwonderen. Eerder had toch ook al Bert Anciaux zijn borst nat gemaakt voor Kate Ryan en had hark Geert Bourgeouis zich ge-out als fan van Laura Lynn. Laat Eddy toch 1 keer écht uit een vliegmachien springen, dat kan geen kwaad, Eddy zingt zelf in deze onwaarschijnlijke wereldhit: “laat Eddy maar gaan, hij komt heus wel aan…”
22/4/2007

Dit bericht is geplaatst in Dagklapper. Bookmark de permalink.